Posts

Posts uit 2019 tonen

Gedicht Mens

Ben ik een vrouw, omdat de wereld mij ziet als vrouw, op mij reageert als vrouw en mij dus behandeld als vrouw? Ben ik een vrouw omdat ik niet kan weten wat het is een man te zijn, omdat de omgeving mij vrouw maakt? Ben ik een vrouw als ik niet ben zoals jij? als ik anders ben dan ‘de maatschappij’ Met mijn vormloze shirt en ik mij niet stileer met mijn out-of-bed look of als ik mij niet scheer Als ik tegen grenzen trap met mijn gemillimeterde haar en verwachtingen aan mijn laars lap vind je mij dan raar? Mag ik misschien mens zijn want wat betekend vrouw zegt het iets over mij of stiekem meer over jou

Gedicht Al fietsend

Ik vlieg door de nacht Zonder handen aan het stuur De frisse lucht giert door mijn lichaam Mijn benen trappen uit alle macht Zonder dat het me vermoeit Ik overzie alles Alsof ik van alles de betekenis in zie Alsof ik de uitpuilende container begrijp Alsof ik de levens kan zien van de rokers voor het café Alsof ik weet wat de over straat sluipende kat gaat doen Het is een nacht waarop een album gemaakt kan worden Een boek geschreven Een kunstwerk volbracht De eenzame zielen vinden hun kracht En verzoenen Terwijl ik thuis kom En geniet van mijn zachte dekens Met een nog bonkend hart - december 2018 -

Gedicht Huiskamer

Het versleten tapijt vloekt met de bijna onzichtbaar geworden vloer De bank die eerst zo fijn leek is bij nader inzien een stofnest Een gordijn in pasteltinten fleurt het tv-meubel op De glasplaat op de rietentafel maakt helle geluiden onder de kopjes Vingerafdrukken tekenen als sneeuwvlokken op de ramen In de weerspiegeling bekijk in mijn omgeving Een gouden bonbondoosje glinstert trots Ik zie enkel betekenisloze objecten De schilderijen gaan op in de vervaging Ik ben gereduceerd tot een schim Enkel de muziek blijft ongestoord vrolijk galmen - december 2018 -

Burgerplicht

Vaak als ik buiten ben, stoor ik mij aan afval. Rondliggende blikjes waarvoor niet eens de moeite is genomen ze in te drukken, kapotte oordopjes die waarschijnlijk tussen de spaken zijn gevlogen, maar nog het ergste: glas. Scherven die je pas ziet als je er doorheen rijd, of - wanneer je ze al aan ziet komen - niet bij kan sturen vanwege een langsrijdende auto. De rest van de fietstocht maak ik mij zorgen of ik lekke band zal krijgen en zie al voor me hoe ik te laat kom voor de afspraken die dag. Ik stoor me nog niet eens per se aan het glas en de macht die dit heeft over mijn fietsband. Dat iemand dit heeft laten vallen en gewoon is doorgereden! Waardoor de halve stad een lekke band heeft! En dat bovendien, ik er de komende week elke dag omheen probeer te slingeren. Waardoor ik mij ook afvraag wie het op gaat ruimen. Kunnen de mensen die hier wonen dat niet even doen? Die hebben er toch ook zeker last van? Ik ga in ieder geval niet met stoffer en blik gewapend door de stad fietsen.

Populaire boeken

Laatst gebruikte ik eens mijn boekenkast waarvoor die bedoeld is; niet puur als decoratieve opvulling van de ruimte, maar ik las de ruggen van de boeken en pakte er toen één uit. De winnaar van vandaag. Nu wil ik niet de schijn ophouden dat ik al mijn boeken gelezen heb, maar dit keer pakte ik een boek dat ik al kende. Boeken zijn eigenlijk een beetje 'ons kent ons'. Want de boeken die ongelezen in mijn kast staan, hebben mij niet overtuigd. Mensen hebben mij niet aangemoedigd deze te lezen en evenmin lijkt de kaft moeite te doen. In plaats daarvan, leen ik de favoriete boeken van vrienden. Als het boek dan uit is, wil ik deze in mijn kast hebben staan. Zodat ik die trots kan uitlenen als iemand voor mijn boekenkast staat. In plaats van beschamend te zeggen dat ik niks gelezen heb, wil ik minstens de helft aan kunnen prijzen. Het is niet dat ik de andere boeken geen kans heb gegeven, met medelijden word ik soms aan hun lot herinnerd en pak er één uit de kast. Ik blader erin

Gespreksonderwerp

We zitten in een hip cafeetje, zo een met minimalistische tekeningen aan de muur, hangende planten en een bonte verzameling stoelen. Ik kijk om me heen want ik zie dat zij dat ook doet, haar aankijken zou dus een beetje gek zijn. Ik denk ondertussen diep na over iets leuks dat ik zou kunnen vertellen. Had ik niet iets grappigs beleeft vandaag op het werk, in de trein, op de fiets? Hmm, afgelopen week dan? Ik blader in mijn hoofd mijn digitale agenda door, wat me niet zo goed lukt. Oké, nieuwe poging, welke films heb ik gezien. Ah! Ik heb er één. "Ik zag dus laatst zo'n interessante film..." onderbreek ik de stilte. Ik heb haar aandacht, en zo rollen we op een volgend onderwerp. Maar tien minuten later is het weer stil. Geef ik op? Wat heb ik toch. En wat heeft zij? Als zij opseminst wat te vertellen had, dan viel het niet op dat ik geen inspiratie had voor een leuk gesprek. Dus stel ik voor een spel uit de kast te pakken, dan is het in ieder geval nog een beetje gezellig.

Onverwoestbaar

Eens in de zoveel maanden schrijf ik. Opeens heb ik heel veel ideeën en schrijf ik een dag lang, of nacht. Om me heen verzamelen zich kruimels, borden en mandarijnschillen. Ik vergeet mijn telefoon, niemand mag mij storen. Naar de wc trek ik een sprintje, om maar niet deze stroom aan briljante ideeën kwijt te raken. Ik voel me onverwoestbaar, energiek, creatief maar bovenal een schrijver. Ik heb een nieuwe stijl te pakken, ik weet nu echt wat mij ligt. Ik weet nu echt zeker dat ik een van hen ben zie en voor me hoe ik mijn gebundelde verhalen uitbreng. Het ligt open op de salontafel, iemand leest eruit, lacht, legt het opzij en verteld erover tegen de vriend die ook in een boek verwikkeld zit. En toch, vervaagt dit al snel in de dagen erop. Ik teer nog even op mijn nieuwe stukjes tot ze op zijn. Ik raak verzuild in de dagelijkse dingen en vergeet weer dat ik mijn roeping had gevonden. Misschien is het toch niet iets voor mij. Tot ik weer eens voor me uit staar op een zonnige dag en

Gele schoonmaakhandschoenen

Afbeelding
November: De gele schoonmaakhandschoenen hangen met blauwe wasknijpers aan de waslijn. Ze steken fel af aan de grijze lucht. Ze verwarmen het uitzicht met hun vreemde gedaante. Ik heb geen idee hoe lang ze daar al hangen. Droger zullen ze in ieder geval niet worden met dit weer. Tegen de muur hangt een slinger die ooit vrolijk iemand hartelijk feliciteerde. Inmiddels echter in de vergetelheid is geraakt; in het hoekje geschoven en zachtjes huilt zij in de wind. De kleur is eruit, de letters in elkaar gekruld. Is dat het lot van de handschoenen? December: De gele schoonmaakhandschoenen kleuren mooi bij de blauwe lucht. Het lijkt wel lente. De vogels fluiten achtergrondmuziek voor dit zonnige tafereel. Rustig deinen ze mee met de wind, haast trots als een kind met nieuwe schoenen. Hoewel de handschoenen al een maand aan de waslijn hangen, zijn ze nog niks veranderd. Ze hangen daar wel goed. En geef ze ongelijk, op een dag als deze. Maart: Drie maanden later was ik het za

Naar de film

Een jaar geleden vertelde een vriendin over haar filmbezoekjes. Keer op keer had ze een leuke film gezien en wilde ze mij overtuigen dat ik toch echt ook zo'n filmpas aan moest schaffen. Maar, hield ik vol, ik wil op de bank, in een joggingbroek, onder een kleedje, met een kop thee, een film kijken wanneer ik wil. En dat laatste was nog het meest belangrijk: films dwingen je op ongelukkige tijden te gaan zitten kijken. Wanneer je of nog aan het werk bent, moet eten of slapen. En toch, ondanks al mijn bezwaren, ben ik ervoor gezwicht. Zo zat ik op een dag met haar in de film. En bedacht ik me dat alles went. Mijn schoenen had ik uitgetrokken, mijn voeten leunde op de stoel voor me, we deelden een thermoskan en ik had al vroeg gegeten. Nu hoorde ik bij de filmkenners, en zou net als zij aan iedereen verkondigen hoe geweldig zo'n pas is.

We vallen allemaal wel eens

Soms, dan kijk ik naar mensen en snap ik er niets van. Ik wacht op de trein en zie hoe mensen zich de roltrap op dringen. Hoe iedereen naar een scherm staart en niemand opkijkt naar het vogeltje dat driftig fluit en een nestje lijkt te hebben gebouwd tussen de balken. Mensen in nette kleding die straks in de eerste klas gaan zitten en zich beter voelen dan de rest. Maar dan, ik zie iemand struikelen. En besef me, als we vallen zijn we opeens allemaal mens. Als het glad is glijdt iedereen uit en heeft iedereen pijn. En opeens zie ik alleen nog maar mensen om me heen, die ook wel eens verdriet hebben, verliefd worden en die misschien ook allemaal hun brood te lang in de rooster hadden vanochtend.

Fruitschaal

Ziek zijn - iedereen is het wel eens, en toch denk ik weer 'o ja' elke keer als ik het ben. Eenmaal beter ben je zo weer vergeten hoe hulpeloos lamlendig je in bed hebt gelegen. Eigenlijk heb ik dat maandelijks, als ik ongesteld ben. Waardoor ik me afvraag wie in mijn omgeving wel niet allemaal ongesteld is geweest en zich lamlendig heeft gevoeld. Had ik meer rekening met ze moeten houden? In al je fitheid en energie, heb je soms gewoon geen oog voor de zieke. En dat is een trieste realisatie, vanonder de dekens. Want die paar goede zielen die langskomen met boodschappen en een soepje voor je maken, zijn de helden van de maand. Of misschien wel voor altijd, want ik weet nog goed die keer dat ik ziek was in Wenen en een vriendin een soepje voor mij kookte. Door de rest voel je je in de steek gelaten. Geeft er dan wel iemand om mij? Schuldbewust denk ik na over de laatste keer dat ik iemand ziekenbezoek heb gebracht. Mensen vragen mij ook gewoon meestal niet of ik langs wil k

Het ligt niet aan jou

"Wil je eigenlijk wel afspreken?" Verschijnt er op mijn beeldscherm. Tja. Dat is nou niet echt een overtuigende vraag wat mij betreft. Soms ontstaat er een stilte tijdens een online gesprek. Je hebt dan twee soorten mensen: 1) mensen die na nog een poging tot een leuk gesprek, het opgeven 2) mensen die denken dat je ze stom vind en een vraag stellen waar dit duidelijk uit blijkt. Als deze laatste strategie mij overkomt (ik ben dus degene die steeds niet of laat reageert en die vervolgens een passief agressief berichtje ontvangt) voel ik me een dader die zojuist een slachtoffer heeft gemaakt. Ik moet de ander wel dusdanig aardig vinden, om diegene te overtuigen dat het tegendeel waar is. Voor de andere gevallen, leg ik me er maar gewoon bij neer. Mompel iets terug en laat het erbij. Als die ander zich zo voelt, gaat het toch niks meer worden. Ik voel me rot. Terwijl! Mensen denken vooral aan zichzelf. Ik verkies altijd strategie één. Want: meestal betekend een stilte dat de an